Het is zondag in Amsterdam. Straten en pleinen liggen er stil bij. Vredig kuiert een vroege wandelaar door het park en in de verte koert een duif. De lente heeft de bomen en struiken helemaal veroverd met een feest van groen en bloesems. Bij de bushalte van bus 41 staat een vrouw met een felgekleurde rok en feestelijk hoge hakken, ze ziet eruit alsof ze naar een feest gaat en heeft een grote tas met etenswaar bij zich.
Samen reizen we naar het hartje van Amsterdam Zuid-Oost, waar het op het kerkplein van de kerkgebouw De Nieuwe Stad ineens druk lijkt te worden. Hele gezinnen krioelen naar binnen en daar is het een gezellige drukte waar tafels worden klaargezet, koffie gebrouwen en een mix van geuren en kleuren ons tegemoet komt. Mijn busgenote haalt haar tas leeg, gevuld met kraakheldere theedoeken en bakjes met versgebakken kippenpoten, kouseband en samosa’s. Iemand anders roert in een grote pan met pindasoep. Langzaam begeeft de kleurrijke menigte zich naar de kerkruimtes in het verzamelgebouw dat deze kerk is en waar christenen van allerlei herkomst bij elkaar komen om hun geloof te vieren en te delen. Veel mensen zonder papieren zijn onder hen , of stadgenoten die in een situatie van armoede zijn beland.
Ik zie er mensen in alle kleuren van de regenboog, die heupwiegend en klappend zingen of juist ingetogen stil zijn. Voorin de kerk waar ik aanschuif, staat een jongerenkoor dat ritmische opwekkingsliederen laat horen en zelfs de meest bedaagde kerkganger in beweging weet te krijgen. Mijn reisgenote leest voorin uit het pinksterevangelie als een levende getuige van een geloof dat blijmoedig en levend is: ‘Toen de dag van het Pinksterfeest aanbrak…’
Ik voel hoe de geest van het pinkstervuur zich meester maakt van mij en de mensen om mij heen. Hier gebeurt het: de kerk van de toekomst. Een gemeenschap om in te geloven.
Door: Margrietha Reinders, Buurtdominee in Betondorp