Zet vandaag die eerste stap

In deze nieuwe rubriek Groene Kerk bijt Daniël van Duijn het spits af. Hij is oprichter van LEF de stem van jongeren in de politiek, docent aardrijkskunde, verhalenverteller, auteur en lid van de Keizersgrachtkerk die sinds 2016 Groene Kerk is. Hoe groen wil je het hebben?

Daniël: ‘In de Keizersgrachtkerk hebben we een klimaatgroep van mensen die duurzaamheid hoog in het vaandel hebben staan. Die begon in 2013 met het organiseren van informatieavonden. Groene kerk zijn is namelijk niet alleen een gebouw verduurzamen, het betekent bijvoorbeeld ook dat je de kerkgangers informeert over hoe je een groene levensstijl kunt ontwikkelen. Via crowdfunding kwamen er zonnepanelen op het dak. De gemeentemaaltijden werden vegetarisch met een veganistische optie. Dit voorkomt dierenleed en ontbossing. Het gaat ook over deelname aan de klimaatmars, groene theologie, fair trade producten kopen en het groen beleggen van je pensioen of verzekering.’

Gedrag en levensstijl

Daniëls verhaal werkt aanstekelijk. De volgende vraag is dan: waar moet een kerkelijke gemeente beginnen om Groene Kerk te worden? ‘Start ook met zo’n groep’, zegt hij vol vuur. ‘Begin met zonnepanelen op het dak, als dat kan. De investering verdient zich terug. Bespaar op stookkosten, isoleer het gebouw bijvoorbeeld met voorzetramen of schelpen onder de vloer, zet een wormenhotel neer in de tuin. Betrek de buurt erbij, zeker als je over een warmtepomp gaat denken. Maar richt je ook op gedrag en levensstijl en stel elkaar vragen als: hoeveel heb je nodig om gelukkig te zijn? Kan het ook anders? Organiseer vaker een klimaatdienst!’ Ideeën te over. Het is vooral een kwestie van doen, van de eerste stap zetten, weet Daniël.

Butterfly effect

‘We moeten niet in ecorexia vervallen’, waarschuwt hij: zó duurzaam leven, dat je er ongelukkig van wordt. ‘Alles telt, ook de kleine stappen. Jouw keuze heeft heel veel invloed op de generaties na ons. Het is als het butterfly effect: een verandering vroeg in de keten kan gigantische invloed hebben op gebeurtenissen later in de keten. Het zijn geen druppels op een gloeiende plaat, maar stap voor stap manieren om een systeem te laten kantelen. Het zijn allemaal stapjes in de goede richting die hoop geven. Zonder hoop zal de maatschappij niet verbeteren. We moeten goed voorouderschap voordoen. Dat is iets anders dan rentmeesterschap. We erven de aarde niet als ons bezit, we lenen de wereld van onze kinderen We moeten ervoor zorgen dat de volgende generaties gezond kunnen leven. Daar moeten we jongeren zelf bij betrekken. In onze kerk waren jongeren de aanleiding om een plan voor 2030 en verder te maken.’

Balans tussen natuur- en cultuurtijd

Op de vraag waar hij zelf staat, antwoordt Daniël van Duijn met een vergelijking tussen natuur- en cultuurtijd. Het eerste gaat uit van het ritme van de maancyclus, van de seizoenen. Het tweede is als het stokje van de dirigent, dat de maat aangeeft. Hij wil de balans herstellen tussen beide. ‘We moeten af van de immense nadruk op kloktijd en het kapitalisme. Alles op aarde heeft een natuurlijke groeicyclus, van geboorte tot de dood. We moeten weer leren afsterven, zoals iets dat na verloop van tijd minder wordt. Niet steeds alles maar groter willen hebben. Dus: niet een grotere televisie kopen, maar eens een boek lezen. Minder eten als je ouder wordt, want je hoeft niet meer te groeien. Meer tijd geven aan alles en stil staan bij de betekenis van het leven, dat een geschenk is. Geniet ervan. Van het zijn zelf, in plaats van je af te vragen of je tekortschiet. Je bent geliefd. Sta daar bij stil.’