Hoop is een kwestie van hard werken
Tim Vreugdenhil // Stadspredikant Protestantse Kerk Amsterdam
Hoop is een kwestie van hard werken. Die boodschap bracht burgemeester Femke Halsema in haar nieuwjaarstoespraak. “Als we in Amsterdam achterover gaan leunen, is er gemopper en somberte. Daarom moeten we hard samenwerken om het beter te doen. Om optimistischer te worden.”
De burgemeester vult haar oproep praktisch in: interesse hebben in elkaar, samenwerken waar mogelijk, over je schaduw heen stappen, praten over thema’s waarop we met elkaar van mening verschillen.
Het is niet moeilijk om cynisch te doen over zo’n oproep. Ook ik moest even nadenken over hopen als ‘hard werken’. Dat is nogal een missie. Toch voelt het als een heilzame schop onder m’n kont. Democratie is soms ook gewoon je voordeel proberen te doen met wat de burgermoeder zegt.
De kerkelijke kaart van Amsterdam verandert snel. Er is veel krimp maar ook veel groei. Laten we hard samenwerken. Om te beginnen door regelmatig met iemand in gesprek te gaan met een totaal andere vorm van christen zijn dan de jouwe. Grappig idee: statistisch zijn dat bijna alle christenen van Amsterdam. Ik denk tenminste dat 95% het anders doet en ziet dan ik.
En verder is het een mooie ondertitel voor alles wat kerk en diaconie is. In
alle veelkleurigheid is er een rode draad: er wordt hard aan hoop gewerkt. Dat
gaat goed zolang we hoop theologisch blijven spellen.
Een stad die zoekt naar hoe je optimistischer kunt worden, is voor de kerk een uitdaging om te herontdekken wat ‘hopen op God’ betekent. In de woorden van theoloog Walter Brueggemann: “je vertrouwen stellen op een God die niets anders doet dan openingen creëren waar geen opening is.”
Dat vertrouwen is een vorm van hard werken waar je toch niet moe van wordt.