Elk jaar in juni wordt de jaarrekening gepresenteerd aan de besturen van de PKA: hoe is het afgelopen jaar gegaan met de inzet van onze financiën? Penningmeester Maarten van Duijn en voorzitter College Kerkrentmeesters Redmer Kuiken lichten het graag toe: “Heel kort samengevat. We leven op te grote voet: onze uitgaven zijn groter dan onze inkomsten. Het tekort is in 2023 uitgekomen op € 1,8 miljoen terwijl we ingezet hadden op een lager tekort. We hadden dit jaar een belangrijke stap willen nemen om uit te komen op het met elkaar afgesproken bedrag van maximaal € 1 miljoen tekort per jaar. Dat is het bedrag dat we als kerk hebben uitgetrokken om per jaar te investeren in ons kerk-zijn voor nu en de toekomst.”
Maarten van Duijn legt uit: “Dit tekort ontstond door de sterk gestegen kosten voor de salarissen van alle medewerkers en de stijgende kosten van onze gebouwen, zowel in de energie als het onderhoud. Daarbij komt ook nog eens de inflatie, die in 2023 3,8% was (omgerekend is dat € 1,6 miljoen). Via giften, denk aan actie Kerkbalans, en door de verhuur van onze gebouwen ontvangen we inkomsten, maar die zijn onvoldoende om al de kosten van ons kerk-zijn te dragen. Als kerk hebben we daarnaast eigen vermogen waarmee we beleggen zodat we extra geld hebben om in te zetten voor het kerk-zijn. Dit belegd vermogen is in 2023 afgenomen tot € 45 miljoen”.
Gezond financieel beleid
Redmer Kuiken: “Gezond financieel beleid is een voorwaarde voor het uitvoeren van het gemeenteleven en het realiseren van de ambities uit het PKA- beleidskader ‘Vijf broden, twee vissen’ dat in 2023 startte. Daarbij focust onze kerk zich op de beleidsthema’s: Bezieling, Zichtbaar, Inclusief-alle generaties, Licht, Ondernemend en Duurzaam. Per thema is een werktafel opgezet waarbinnen een team werkt aan de doelstellingen. Op de website is per werktafel vanaf 2024 een update opgenomen <@LINK>. Het nieuwe beleidskader kent ook financiële spelregels voor deze beleidsperiode, echter door alle veranderende financiële ontwikkelingen, hebben we het afgelopen jaar de uitvoering van het beleidskader direct bijgesteld en daarmee minder uit gegeven.
Het is niet gelukt om het tekort van alle kerkplekken terug te brengen. Binnen de wijken zien we grote verschillen in de manier waarop financieel beleid wordt vormgegeven. Daarbij wordt meer en meer geleund op het kerkelijk bureau waardoor een belangrijke deel van de (personeels)kosten drukken op de kerkplekken en het tekort toeneemt.”
Hoe lees ik de resultaten?
Van Duijn: “Als je de jaarrekening doorkijkt, denk je misschien naar welk resultaat moet ik kijken. Ons resultaat is opgebouwd uit 4 verschillende resultaten (zie pagina 13 van de jaarrekening):
- Het A resultaat van € 1,3 miljoen positief is het resultaat uit kerk-zijn als geheel van dit jaar. Dit was positief door een uitzonderlijk goed beleggingsjaar waardoor we het forse beleggingsverlies en het negatieve resultaat van € 11,8 miljoen negatief van vorig jaar een klein beetje konden goed maken.
- Het B resultaat bestaat met name uit de herwaardering van onze gebouwen. Door de sterke stijging van de WOZ-waarde bedroeg dat resultaat bijna € 8 miljoen. Dit is echter een incidenteel resultaat dat ook niet beschikbaar is op dit moment maar pas op het moment dat we gebouwen zouden verkopen.
- De C-cijfers/tabel gebruiken we om ons resultaat te verdelen naar de juiste reserves of te onttrekken uit de daarvoor bestemde reserves die we eerder vormden. De waardestijging van onze gebouwen is overgebracht naar de herwaarderingsreserve. Het positieve beleggingsresultaat is op die manier toegevoegd aan de reserve koersverschillen. De reserve koersverschillen, waarop we in 2022 vanwege zeer negatief beleggingsresultaten moesten interen, kon hierdoor worden aangevuld. Deze reserve heeft als doel negatieve koersresultaten in de toekomst op te kunnen vangen. Ook de verkoop van de (trouwens enige) landbouwgronden draagt bij aan dit positieve resultaat. Deze resultaten kunnen wij echter niet zomaar inzetten en zijn daarom apart opgenomen in ons vermogen.
- Als laatste het D resultaat. Hier komen twee zaken terug. Allereerst het resultaat op de verkoop van landbouwgrond dat we overgebracht hebben naar de algemene reserve. Als tweede het hierboven genoemde tekort van € 1,8 miljoen uit alle activiteiten van ons kerkzijn.
Maken jullie je zorgen?
Van Duijn: “Uit de analyse van het financiële resultaat 2023, maar zeker ook uit het meerjarenbeeld voor 2024-2028 van onze kerk volgt dat we meer en meer afhankelijk zijn geworden van de resultaten op beleggingen. Dit omdat het aantal leden blijft afnemen en de inkomsten levend geld weliswaar nog op peil blijven, maar niet meegroeien met de inflatie. De inkomsten uit levend geld liggen in lijn met vorig jaar, maar zijn in hoge mate ontoereikend om de uitgaven van het totaal van onze activiteiten en gemeenteleven te dekken. Het vermogen van de PKA is een bron van inkomsten die we dus hard nodig hebben om de jaarlijkse activiteiten te bekostigen.“
Kuiken: “Het aantal leden daalde met 1,7%, wat weliswaar gemiddeld een stuk minder is dan het jaar ervoor en ook dan het landelijk gemiddelde van 3,4%. Er zijn 2000 betalende pastorale eenheden. Bij geen nieuwe instroom verwachten we gezien de leeftijdsopbouw van onze leden dat we de komende 10 jaar een daling van 22% kunnen verwachten. Investeren in ons kerk-zijn om nieuwe mensen te bereiken, blijft dus absoluut onze aandacht houden. Vooral omdat we geloven dat betrokken zijn bij een geloofsgemeenschap juist ook in deze tijd zin en richting geeft in het leven.”
En nu dan, hoe verder?
Van Duijn: “De begroting 2024 als ook de meerjarenbegrotingen laten een structureel tekort zien van ongeveer 3 miljoen per jaar zien waar geen dekking voor is. Hierop is de Algemene Kerkenraad op voorstel van het College een proces gestart om te komen tot een Toekomstbestendige Meerjarenbegroting. Momenteel zitten we midden in dit uitdagende proces en ontwikkelen we verschillende scenario’s om te komen tot een duurzame begroting voor 2025 en verder.”
Kuiken: ”Dat doen we allemaal omdat we Gods liefde gestalte willen blijven geven in Amsterdam. Daar werken we samen aan. De inzet van veel mensen zowel betaald als vrijwillig zijn daar dienstbaar aan en daar zijn we met z’n allen dankbaar voor.”
Hier vind je de jaarrekening van de PKA en de jaarrekening van de Diaconie. Deze zijn beoordeeld door de accountants en vervolgens vastgesteld door de Algemene Kerkenraad.