“Waarom moeten wij vinden wat jij vindt?”, vroegen de tieners Teun-Pieter (26) enkele maanden nadat hij was begonnen als tienerwerker in Amsterdam Oost. “Het is hier toch geen school?” Na dat moment is hij het roer gaan omgooien. “Achteraf gezien was ik vooral bezig met het overbrengen van mijn verhaal en daarmee nam ik hun vragen niet serieus”, stelt Teun-Pieter.
Ontwikkeling
Nu, ruim twee jaar later, heeft Teun-Pieter zich een rol eigen gemaakt waarin hij tijdens de tieneravonden vooral vragen stelt en luistert. “Het bleek dat tieners veel bezig zijn met zingevingsvragen en dingen geloofden waar ze zelf niet bewust van zijn. Daarover praten bleek veel leuker dan het delen van mijn overdenkingen”, vertelt hij. Toch is de verandering niet over één nacht gegaan. “Het is een heel persoonlijk proces geweest, waarbij ik veel heb gehad aan gesprekken met mijn jeugdouderling, collega tienerwerkers en de tieners zelf. Ik heb geleerd dat de kerk niet moet vertellen hoe tieners hun zingeving moeten creëren, maar een plek kan zijn waar ze überhaupt een gesprek kunnen hebben en vragen kunnen stellen. Ik hoef geen hapklaar antwoord te hebben. Gewoon het uitwisselen van meningen en ideeën is al genoeg. De kerk is hierin denk ik een unieke plek.”
Wederkerig
“De tieners komen met interessante en prikkelende vragen”, vervolgt Teun-Pieter. “Ze houden ook mij scherp om vragen te blijven stellen en dagen mij uit om ergens voor te staan. Als ik vaag doe om iedereen maar binnenboord te houden wordt dat finaal afgestraft. Tieners prikken daar zo doorheen. Bovendien merk ik dat ze het bijzonder vinden wanneer ik mijn twijfels durf te delen. ‘Volwassenen doen altijd alsof ze geen vragen hebben en altijd gelijk hebben’ zeiden de tieners pas. Daarmee maken we tieners eigenlijk heel eenzaam met hun vragen over het geloof en het leven.”
Toekomstige groei
“Ik zou nog graag willen leren hoe ik de hele gemeente concreet meer kan betrekken bij het tienerwerk. De tieners zijn vaak nog een los deel van de kerk, terwijl ik graag zou zien dat ze ook inhoudelijke betrokken worden. In de zoektocht naar een nieuwe predikant voor de Muiderkerk hebben de tieners bijvoorbeeld een profielschets gemaakt van hun ideale voorganger en deze is meegenomen in de overwegingen. Dat vind ik mooi! Er is behoefte van ouderen om iets te leren van de tieners en andersom. Wat dat betreft gun ik meer mensen de ontwikkeling die ik heb doorgemaakt. Van de eigen overtuiging naar de vraag ‘wat drijft de jonge mensen in onze gemeente?’”
Tekst: Suzanne Stoelinga. Foto: Linda Zwart