‘EBERHARD ZIT IN ONS’
Ze was altijd de ‘vrouw van’ en is nu de ‘weduwe van’. Femke van der Laan (40) weet dat het zo is, maar het went niet. Een deel van haar is geamputeerd sinds burgemeester Eberhard van der Laan vorig jaar oktober op 62-jarige leeftijd overleed. ‘Je bent heel lang iemands vrouw. Met die man heb je een gezin en heb je ideeën voor de toekomst. En dan is hij weg en moet je opeens op zoek naar wie je bent zonder hem. Er is een stuk weg en daar zit ik al een tijdje naar te kijken.’
Ze glimlacht, maar haar ogen doen niet mee. ‘Ik ben verdrietig en ook nog erg moe. Het is nog geen jaar geleden en er is een ziekte aan vooraf gegaan. Ik accepteer dat, het heeft geen zin het rouwproces te versnellen. Maar het heeft een enorme impact op alles. Alsof er neonletters boven je hoofd staan te knipperen met ‘dood’ erop. Het is zoals het is. Je moet je leven anders gaan inrichten. Maar ik vind dat we het goed doen hoor, de kinderen en ik.’
Ode aan de liefde
We spreken elkaar in de tuin van Protestantse Diaconie Amsterdam, op een van die hete zomerse dagen. Femke van der Laan is journaliste, maar het is het allereerste interview dat ze over zichzelf geeft. Aanleiding is het bijzondere feit dat ze in november in de Doopsgezinde Kerk aan het Singel een van de drie Preken van de Leek gaat houden. In die speciale dienst mag ze haar stempel drukken op liturgie, gebed en natuurlijk de preek. De Protestantse en de Doopsgezinde Kerk van Amsterdam, die deze diensten organiseren, geloven dat de rol van predikant ook vervuld kan worden door leken als ondernemers, sporters, politici en journalisten. ‘Ik vind het een hele eer. Als je zo’n podium krijgt om een verhaal te mogen vertellen, is dat heel mooi.’
Bijzonder voor Femke is dat haar Eberhard zeven jaar geleden ook een Preek van de Leek hield. Waarover weet ze niet meer. Hooglied, probeert ze, denkend aan het vaste thema van haar echtgenoot: de liefde. Nee, het was het verhaal van de Barmhartige Samaritaan. Glimlacht. ’Natuurlijk. Zorgen voor elkaar, een daad van liefde.’ Waar zij het over gaat houden in de preek? Ze heeft er al over nagedacht. De eerste brief van Paulus aan de Korintiërs. Hoofdstuk 13, zijn ode aan de liefde.
Halve heilige
Liefde. Het lijkt het centrale woord in het leven van Eberhard en Femke van der Laan. Zeker nadat de burgemeester vorig jaar in het tv-programma Zomergasten als terminaal patiënt met een brok in zijn keel de wens uitsprak dat Amsterdam vooral een ‘lieve stad’ zou moeten blijven. Die woorden werden iconisch voor hem en zijn populariteit steeg tot grote hoogte. ‘Het was zijn lievelingswoord: lief. Een van de eerste complimenten die hij maakte toen we elkaar leerden kennen. Dat ik zo lief was. We zeiden het ook regelmatig tegen elkaar: wat ben je lief.’
Heeft Femke er geen moeite mee dat Eberhard daardoor als een heilige de geschiedenis in gaat? Als ‘De Beste Burgemeester Ooit’. Ze lacht: ‘Een halve heilige is genoeg hoor. Maar hij heeft het natuurlijk goed gedaan. Hij heeft zich tot het laatste moment ingespannen voor de stad en dat hebben mensen gezien.’ Wat bijzonder was dat hij de harten van vrijwel alle Amsterdammers wist te raken. Hoe verklaart zij dat? ‘Wat meespeelt is dat het ziekteproces een gevoel van saamhorigheid opriep. Zo van: onze burgemeester is ziek en we leven allemaal mee. Waardoor ze zelf ook weer lieve Amsterdammers bleken te zijn.’ Bij de installatie van Femke Halsema was zij vanzelfsprekend als weduwe ook uitgenodigd. Het stemde haar melancholisch. ‘Eberhard had geen baan als burgemeester, hij was burgemeester. Bij die plechtigheid werd hij opeens vervangen door iemand anders. Een vreemd gevoel.’ Ze verwacht dat Femke Halsema het goed zal gaan doen als zijn opvolger. ‘Volgens mij is ze een capabele vrouw die een lieve burgemeester zal zijn. Of ik een tip voor haar heb? Zorg goed voor de stad en ook een beetje voor jezelf.’
In onze haarvaartjes
Femke is nu weer freelance journalist en heeft een wekelijkse column in Het Parool over hoe zij en haar drie jonge kinderen omgaan met het verlies van hun echtgenoot en vader. Het zijn juweeltjes van verhalen, waarin grote thema’s als dood en verdriet vermengd worden met alledaagse, kleine dingen die er ook toe doen. Dat de kinderen bijvoorbeeld na hun vaders dood om de beurt voor in de auto naast hun moeder mogen zitten. Elk nadeel heeft zijn voordeel. ‘De kinderen gaan er goed mee om. Ze hebben afscheid van hun vader kunnen nemen op zijn ziekbed en dat was waardevol. Ze waren vooraf heel bang voor de dood. Dat kenden ze alleen uit films en boeken en dat zijn altijd drama’s met mensen die niet meer stoppen met huilen en moeders die niet meer uit bed komen. Dat we nu weer gewoon lachen, is toch een opluchting voor ze. De angst is weg.’ Ze schrijft nuchter en zonder oordelen over hoe haar twee dochters (14 en 11) en zoontje (10) hun verdriet verwerken. Vinden ze het niet erg dat er over hen geschreven wordt? ‘Ze zijn het wel gewend, ik had al eerder een column over ons gezinsleven toen alles nog grappig was. Nu houdt de jongste vooral in de gaten dat hij niet minder in de columns genoemd wordt dan zijn zussen.’ Ze lacht, maar is ook meteen weer ernstig: ‘Ze rouwen heel anders dan volwassenen. Ik zeg altijd dat ze hun gevoel moeten volgen. Als ze verdrietig zijn, dan hebben ze verdriet. Punt uit. Ze hebben een kortere spanningsboog: heel verdrietig zijn en dan willen weten wat we die avond eten. Maar hoe dan ook: Eberhard zit nog steeds in onze haarvaatjes, elke dag en altijd.’
Een wazige spiegel
Hoewel ze niet christelijk is opgevoed en haar ouders als kind al de rooms-katholieke kerk de rug hadden toegekeerd, is Femke van der Laan wel ‘heel spiritueel’. Waar dat vandaan komt? ‘Dat zit in je, toch?’ Is dat zo? ‘Bij mij wel. Het besef dat dit niet alles is. Dat we hier zijn om te leren, voor elkaar te zorgen, om liefde te geven. Maar daarna is het niet klaar.’ Je gelooft in een hiernamaals waar je Eberhard weer terug ziet? ‘Ja, gezellig hè?’ Een glimlach. In de tekst over de liefde uit Korintiërs 13 waar ze over gaat preken, komt die poëtische zin voor die hier op slaat: Nu kijken we nog in een wazige spiegel, maar straks kijken we oog in oog. ‘Zo kijk ik ook naar wat er na dit leven komt. Je hebt er wel een gevoel bij, maar je kunt niets zien. Pas als je dood bent, wordt de spiegel helder. Het komt misschien wat opportunistisch over, maar ik geloof dat al heel lang. Dat is niet zo van laat ik daar nu maar voor kiezen, dan zien we elkaar tenminste weer terug.’ Heeft het je troost gegeven? ‘Zeker, ik denk dat het zonder dit spirituele kader allemaal een stuk moeilijker was geweest. Ik denk ook dat hij nog steeds in de buurt is en ons helpt.’ Wat merk je dan? ‘Toch weer die liefde. Het is meer dan herinneringen en dat we elke dag nog over hem praten en dat zijn foto’s overal staan. Ergens weet ik dat hij nog voor ons zorgt.’
De tijd nemen
Bij leven had Eberhard van der Laan niets meer met kerk en geloof. Als puber had hij er in de roerige jaren zestig mee gebroken. Maar ze hadden het er wel eens over samen. ‘We zaten ooit bij de Kunsthal in Rotterdam te wachten tot die open ging. Het was zondag en ernaast was een klein kerkje waar mensen naar binnen gingen. Toen zeiden we tegen elkaar: mooi, dat je de tijd neemt om ergens te gaan zitten, naar een verhaal luistert en er dan over nadenkt. Dat kan heel waardevol zijn.’ Dat zij straks de kans krijgt om zo’n uur te leiden en een verhaal te vertellen, vindt Femke een fijne gedachte. ‘Het lijkt me heel mooi, en doodeng tegelijkertijd. Heel bijzonder.’ Wat ze de mensen mee wil geven? Zonder te aarzelen: ‘Liefde.’
Femke van der Laan houdt de eerste Preek van de Leek op zondagmiddag 4 november. Aanvang: 17.00 uur. In de Doopsgezinde Singelkerk, Singel 452.
- 4 november 2018 – Femke van der Laan
- 11 november 2018 – Noraly Beyer
- 18 november 2018 – Wietze de Jager
Aanvang 17.00 uur. Kerk open om 16.30 uur. Toegang vrij, collecte aan het einde van de #preekvandeleek
Voor meer informatie: preekvandeleek.amsterdam
Kerk in Mokum – september 2018. Tekst: Wilfred Scholten Foto: Jörgen Caris
Uitzending Jacobine op Zondag (29 oktober 2018)