Het is stil buiten. Vanuit het raam van mijn kloostercel kijk ik uit op een reusachtige rode beuk, waarvan de blaadjes zachtjes ritselen. Breekbare vogelgeluiden klinken in de tuin. Alles ademt vrede. Ik bevind mij in de meer dan 850 jaar oude abdij van de Norbertijnen van Berne, waar ongeveer twintig broeders leven volgens de regel van kerkvader Augustinus. Ze bidden dagelijks het getijdengebed en doen pastoraal werk in de omgeving. Het gastenhuis herbergt ontelbaar veel stiltezoekers door het jaar heen en ook de eigen bierbrouwerij trekt veel bezoekers. De monniken staan met beide benen in de wereld en vormen ondanks hun ouderdom een levende bron van christelijke spiritualiteit en maatschappelijke betrokkenheid.
Gastvrije kloostergemeenschappen zijn de oudste vorm van christelijk leven, ook in Amsterdam. Het historische centrum herinnert nog volop aan de middeleeuwse kloosters die het hart van het stadsleven vormden. Café De Bekeerde Suster aan de Nieuwmarkt is bijvoorbeeld gevestigd in een vroeger convent en verkoopt het zelfgebrouwen bier ‘De manke monnik’.
Maar waar het oude kloosterleven is verdwenen, duiken nieuwe vormen op. Overal in de stad ontstaan moderne leefgemeenschappen die christelijk geloof verbinden met gebed, samenleven, delen met anderen en gastvrijheid. Zij vormen een jonge loot aan het oude kloosterideaal: het zijn mannen en vrouwen met gezinnen, een stadsfiets en een baan. Sommigen brouwen bier. Anderen organiseren buurtmaaltijden en meditatieve bijeenkomsten, doen klusjes voor ouderen of nemen ontheemden in huis op. ‘Nieuwe monniken’, een zegen voor onze oude stad!
Margrietha Reinders
Buurtdominee en pionier in Betondorp Amsterdam