‘We beginnen met een maaltijd. Daarna maken we kleine groepjes en beginnen we met een hoe-gaat-het rondje. Vaak gaat dit over school. Daarna hebben we het over een thema, dat kan een Bijbelverhaal zijn, zoals over Jozef in de put. We hebben hier een gesprek over, de tieners worden gevraagd om een toneelstukje te verzinnen of om gedachten over het verhaal op een briefje te schrijven en als je wilt, te delen. Soms loopt het uit op chaos, maar dat hoort erbij! We sluiten vaak af met een gebed. Ook doen we af en toe sponsoractiviteiten: we hebben geschaatst op de Jaap Edenbaan en we hebben op een zaterdag taartjes, brownies en koekjes gebakken. Op de zondag erna, na de dienst, hebben we ze verkocht voor een sponsorkind.
Ik heb geen ingeving gehad van ‘ik moet dit gaan doen’, maar ik doe het wel vanuit mijn geloof. Tieners vertellen wat ze op hun hart hebben. Het is fijn om er te zijn voor hen als er wat is. Fijne avonden wil ik met ze creëren. Het is heel gezellig met de tieners. Ik hoop dat de tienerclub een vertrouwde plek is om te groeien in vriendschappen en ook in het geloof. Ze kunnen zo ook andere christelijke jongeren ontmoeten, waarin ze zichzelf kunnen herkennen. Op school zijn ze meestal de enige tiener in de klas, die gelooft. Dan begin je er niet zo gauw over. Andere jongeren in de klas begrijpen het misschien niet altijd of weten niet, hoe ze het met jou over het geloof kunnen hebben.
Vroeger ging ik zelf ook naar de tienerclub: het deed mij goed om het geloof te kunnen delen met andere tieners. Daarom vind ik het ook mooi om nu in de leiding te zitten.
De muziek in de Jeruzalemkerk wordt op zondag verzorgd door een band en een orgel. We zingen Engelstalige liederen en ook opwekkingsliederen, die aansluiten bij tieners en studenten. Samen zingen vind ik heel fijn. Ik zing ook wel eens in de band, net als mijn zusje. Mijn vader speelt zo nu en dan gitaar en mijn moeder piano. God heeft de wereld mooi gemaakt. Ondanks dat je het misschien niet altijd voelt, mag je wel weten dat God altijd bij je is.’